Zout, wanneer je het met mate gebruikt, is een heerlijke smaakmaker voor je gerechten. Niks zo lekker als wat zout op je aardappelen, wat peper en zout met wat olijfolie of boter op je broodje en in vele gerechten, zelfs in zoete desserts, is een snuf zout echt de ultieme punch. Maar toch heeft zout een kwalijke reputatie. Het zou zeer ongezond zijn. Wat klopt daar eigenlijk van? Ik zocht het even uit, want de waarheid is zoals altijd niet zwart-wit.

Vergis je niet, zout speelt wel degelijk een cruciale rol in het functioneren van ons lichaam, voornamelijk door het leveren van natrium, een mineraal dat essentieel is voor de vochtbalans, spiercontracties en de overdracht van zenuwimpulsen. Bovendien helpt gejodeerd zout om jodiumtekort te voorkomen, wat belangrijk is voor een gezonde schildklierfunctie.

Toch mag je met zout zeker niet overdrijven. Overmatige consumptie kan namelijk leiden tot een hoge bloeddruk, wat het risico op hart- en vaatziekten dan weer verhoogt. Daarnaast kan teveel zout ook je nieren behoorlijk belasten en dat wil je echt niet. De Wereldgezondheidsorganisatie adviseert daarom om niet meer dan 5 gram zout per dag te consumeren.

Een alternatief voor zout als smaakmaker in je gerechten is: kruiden, kruiden en nog eens kruiden! Daarom is “More herbs, less salt day” wel een mooi initiatief. Er zijn zo gigantisch veel verse en gedroogde kruiden die zoveel andere verrassende smaken aan je gerechten kunnen toevoegen. Ga daar gewoon eens mee experimenteren en je zult zien dat je meteen veel minder zout nodig hebt in je keuken.