Vandaag vieren ze in Italië hun Parmezaan, of de Parmigiano-Reggiano zoals de Italianen hem noemen. Het is een van die kazen die je meteen herkent aan zijn rijke, volle smaak en kruimelige structuur. Oorspronkelijk komt hij uit de regio rond Parma, Reggio Emilia, Modena en Bologna, en daar wordt hij al eeuwenlang volgens dezelfde traditie gemaakt. Elke kilo wordt minstens 12 maanden gerijpt, vaak zelfs 24 tot 36 maanden, waardoor deze wereldberoemde kaas zijn karakteristieke diepte en nootachtige smaak krijgt.

Wat Parmezaan zo bijzonder maakt, is dat hij tegelijk veelzijdig en verfijnd is. Je kunt hem raspen over pasta, risotto of salades, gebruiken om sauzen extra body te geven, of gewoon stukjes afbreken en puur proeven. Een goede Parmezaan is aromatisch, licht zout, met een subtiele zoetheid en een nootachtige toets die elke hap een beetje feestelijk maakt.

Naast de smaak is hij ook een kwaliteitsproduct: gemaakt van rauwe koemelk, zonder kunstmatige toevoegingen, en met een beschermde oorsprong die garant staat voor authenticiteit. Dat maakt hem niet alleen lekker, maar ook een stukje culinaire traditie op je bord.

Of je hem nu over je eten strooit of gewoon zo van het stuk geniet, Parmezaan verdient alle lof. Het is een kaas die smaakt naar Italië, vakmanschap en pure eenvoud tegelijk. Ik ben een grote fan en fiere ambassadeur van Comté uit Frankrijk, maar in Italië is de parmezaan samen met de gorgonzola voor mij de koning!