Een gezellig en vooral “hip” dinertje met vrienden in de jaren 70? Wat at je toen? Het antwoord is simpel. Je dronk eerst een fel gekleurde cocktail in een long drink glas in de zitkuil, en daarna at je met z’n allen lekker… fondue!

Eigenlijk is de klassieke fondue afkomstig uit Zwitserland, en dateert die zelfs al uit de 19de eeuw. Dat was een klassieke kaasfondue. De ideale manier om de kaas die gemaakt was in de zomer en die wat hard en niet zo lekker meer was tegen de winter te recupereren. Die restjes werden dan gesmolten, en de boeren prikten het eten dat in de winter in voorraad was (aardappeltjes, stukjes vlees, opgelegde groenten) dan in de gesmolten kaas, en zo ging er toch niks verloren en was er voldoende eten tijdens de koude maanden.

Na de tweede wereldoorlog werd de Fondue Bourguignonne plots hip. Het was niet langer in gesmolten kaas, maar in hete olie dat je voortaan je vleesjes bakte. Met een prikstokje. En je verloor natuurlijk vleesjes onderweg, en die gingen dan zwemmen in het vet, en bakten dan veel te hard, weet je nog wel?

Later kwam ook de gourmet, maar de fondue was eerst. Oranje fonduestellen waren het, weet je nog, of van die witte met van die kitscherige bloemetjes op. We hebben het als kind zo ontzettend vaak gedaan. En eerlijk gezegd: er zat toch ook een gevaarlijk kantje aan: die vuurtjes op tafel, en die hete olie… Goed dat dat nooit is fout gegaan bij ons thuis.

En nog een vraag: hoe gezond was het? Maar bijzonder charmant was het wel. En ik word er spontaan weer nostalgisch van. Ik heb zelf nog zo’n ouderwets fonduestel staan in de kast staan, en wie weet moet ik het in deze seventiesweek op Joe toch nog maar eens boven halen?

Wist je trouwens dat er in die tijd regeltjes werden verspreid in allerlei magazines, over hoe je precies aan de fondue beginnen moest, en wat de omgangsregels waren. Beetje grappig hoor, maar ook wel terecht eigenlijk…

DE 10 FONDUEREGELS uit de 70s

1. Wanneer het rauwe vlees wordt rondgedeeld, begin met een aantal stukjes op je bord te leggen. Stukje per stukje van de schotel prikken zorgt voor chaos rond de tafel.
2. Doe hetzelfde met de sausjes: lepel ze al op je bord.
3. Prik een stukje vlees stevig vast op je vorkje en plaats het in de fonduepan.
4. Prik niet stiekem stukjes vlees van je tafelgenoten.
5. Wanneer je vlees gebakken is, maak het los, en leg het op je bord.
6. Snij het stukje vlees in stukjes, zodat het wat afkoelt en je je mond niet gaat verbranden.
7. Eet met een gewone vork en mes, van je bord, nooit rechtstreeks van de fondueprikker, die is veel te heet, en het is ook niet hygiënisch om van de prikker te eten.
8. Eet ook voldoende groenten.
9. Opgelet met het vuur (en later kwam daarbij: opgelet met de elektriciteitskabel).
10. Laat de pan goed afkoelen na het diner, en hou kinderen en huisdieren weg van de fonduepan.