
Zo worden de frietjes van de frituur niet wak onderweg
Vrijdag, frietjesdag. Heel veel landgenoten gaan op vrijdagavond toch nog altijd naar de lokale frituur voor een lekker bakje, of een heerlijke puntzak krokante frietjes, al dan niet met een “lekker vleesje” bij, een frikandel, of stoofvleessaus, of een brochette of bitterbal.
Eén vervelend dingetje wel: frietjes zijn vaak al wat wak geworden tegen het moment dat je thuis bent gekomen. Hoe komt dat? Doordat frietjes heel warm worden verpakt in gesloten papier gaan ze dampen. Het vocht slaat tegen het papier en drupt weer op de frietjes, en eigenlijk worden ze zo nog een beetje verder gestoomd en worden ze dus wak. En dat is toch een stuk minder dan krokante frietjes.
Daarom maakt een goede friturist een gaatje in het papier. Enige nadeel: dan koelen ze ook net iets sneller af, maar ze worden wel niet wak. En in de betere frituur worden je frieten ook verpakt in een plastic zak met daarin kleine gaten: de warme damp (en dus het vocht) moet immers kunnen ontsnappen.
Nog een tip: laat geen zout op je frietjes doen. Zou onttrekt water aan je frietjes en maakt ze ook sneller wak. Teveel zout is sowieso niet gezond. Maar je kunt het zout er beter zelf thuis op doen. En dat geldt eigenlijk ook voor de sauzen. Of laat ze apart verpakken. Want frietjes die zwemmen in de mayonaise of ketchup worden vanzelf ook zachter.
Voor een overzicht van de allerbeste frituren verwijs ik je trouwens graag door naar dit artikel: de beste frituren van Vlaanderen.
Reacties